Hygiëne

Gezond opgroeien deed je in het Missiecollege ook zonder de hedendaagse gewoontes op het gebied van hygiëne: één keer per dag gezicht en handen wassen, één keer per week (kort en koud en zedig) douchen, één keer per week een schone onderbroek, één keer per week schone kousen. Tenminste, als je voldoende schoon goed van thuis had meegebracht. Het maakte niet uit dat je je iedere dag in het zweet rende op de speelplaats, het maakte niet uit dat je op woensdag voetbalde op een modderig veld zonder kleed- of wasruimtes. Met sport- en bovenkleding liep je weken, maanden zonder dat die gewassen werd. Mijn voetbalkousen stonden soms stijf van het vuil. En op een grijze trui morste ik ooit stoofvlees tijdens het middageten. Ik weet nog precies om welke trui het ging, ik weet nog precies hoe hij maanden later rook!